Waar een normale werkdag zo ongeveer begint, zat mijn wacht er om 8 uur sochtends op en ging ik slapen. De autopilot was er weer eens mee gestopt en dit keer leek het menens. Met in mijn ene hand het roer en in de andere hand mijn telefoon schreef ik vorig stukje. Aardig gesloopt schopte ik Koen uit ons warme bedje.
Hij ging aan de slag met het autopilot project, maar toen ik rond 1 uur met honger wakker werd, heerste er nog geen feestvreugde. Ik had zin in pannenkoeken, maar dan moest ik eerst aan de berg afwas zien te beginnen. Het was niet zo veel, maar door het geschommel kan ik niks buiten de wasbakken zetten. En om water te besparen, spoelen we altijd eerst met zoutwater. En tussendoor moest ik sturen, zodat Koen bezig kon met de autopilot. Dus… 1,5 uur verder en de eerste Gambiaanse mais pannenkoek lag in de pan. Oei wat knapt een mens daar van op. Ik durfde bijna niet tegen Koen te praten, hij was zo geconcentreerd bezig. Ik zal jullie niet vermoeien met de technische ins en outs, maar na zo een 35 keer proberen en verschillende creabea oplossingen uit te proberen, hebben we nu weer een werkend exemplaar. Wat een overwinning! Volgende keer toch maar ook een soldeerbout mee aan boord.
Er staat een heel licht windje en als we precies goed sturen, is er iets van snelheid uit te halen. Alsof het gaspedaal zachtjes wordt ingetrapt. Maar het vergt veel van onze concentratie en wanneer het niet lukt, of de wind zakt verder weg, liggen we te schommelen als het schommelschip van de Efteling. Erg vermoeiend varen. We besluiten om wa oostelijker te varen, om het komende windwak iets te omzeilen en omdat het de enige koers is waarbij we nog soort van snelheid kunnen maken.
Ondertussen klappen we af en toe de antenne omhoog van onze ‘iridium go’, een apparaatje wat een satellietverbinding maakt en we kunnen connecten met onze telefoons. We hebben hiervoor 2 speciale apps gedownload, zodat we smsjes en mailtjes kunnen versturen en in eventuele nood kunnen bellen. De data wordt verzonden met een snelheid die we ons bijna niet meer voor kunnen stellen. Ik las dat de gemiddelde internetverbinding aan wal 6000x sneller is. Dus echt internet is het niet echt te noemen, maar ik vind dat eigenlijk wel lekker!
Wat ik wel heel maf vind, is dat ik een manier heb gevonden om per mail deze blogs te posten. Verder weg van de normale maatschappij is bijna niet denkbaar en ik stuur met één druk op de knop zo weer een verhaaltje naar mijn website. En volgens mij linkt die het ook nog automatisch door naar Facebook. Wel een beetje eenrichtingsverkeer deze paar weken dus. Soms denk ik aan wat mijn vader vroeger vertelde over zijn tijd in de Filipijnen. Toen stuurde je misschien af en toe een brief die dan weken later, of misschien wel nooit eens een keer werd bezorgd. Daar kunnen we ons nu absoluut niks meer bij voorstellen.
Een beetje vergelijkbaar is het binnenhalen van het weer. Vroeger ging je gewonnen zag je wel wat voor weer je tegen kwam. Met een beetje geduld en een beetje geld is het tegenwoordig dus goed te doen om zelfs midden op de oceaan informatie binnen te halen.
Het was een lekker rustig dagje vandaag met wind variërend tussen de 3 en 8 knopen. Vanaf 5 gaan we voldoende vooruit, daaronder is het wat irritant dobberen. Elke keer als we besluiten om de zeilen helemaal weg te halen, om ze te beschermen, komt er weer een briesje opzetten. Het ene moment ben ik de mijlen aan het aftellen, het andere moment ben ik onwijs gelukkig op ons kleine drijvende eilandje. De dagen vliegen eigenlijk nog steeds voorbij. Eigenlijk is mijn hele besef van tijd verdwenen. Het is dat ik elke dag schrijf hoeveelste dag het is, anders had ik geen idee meer gehad:).
Locatie: N33*38.087’ W29*45,495’
Haha, inderdaad is het ongeloofelijk wat jullie nu kunt versturen terwijl je midden op de zee zit. In Ploumilliau hebben we nog steeds niet altijd internet. Wat betreft je vaders verhalen over de Filipijnen ; niks verandert ; de brieven of anzichtkaarten die ik naar Catherine verstuur, komen zo nu en dan aan na drie vier of vijf weken.